belastingplannen werkgevers

Belastingplannen werkgevers in de zorg

Traditioneel wordt op de derde dinsdag van september bekend gemaakt hoe de belastingheffing in de komende jaren wijzigt. De meest in het oog springende afspraken voor werkgevers in de zorg hebben wij voor jou bij elkaar gezet.

Onderaan het artikel vind je nog de visie van collega Lars van de Groep op onder meer de situatie rond de IZA.

Werkgevers

Integraal zorgakkoord beperkt schijnzelfstandigheid niet

Op het scheppen van duidelijke regels voor zelfstandigen wachten we al jaren. Vooruitlopend op de nieuwe wetgeving voor ZZP’ers zijn er in het  ‘Integraal zorgakkoord’ (IZA) al afspraken over dit onderwerp gemaakt.

Lees meer over het IZA en de schijnzelfstandigheid

Het doel van de onderhandelende partijen is het vermijden van schijnzelfstandigheid in de zorg. Maar de afspraken die nu in het IZA staan maken het eerder moeilijker en ingewikkelder dan dat ze de noodzakelijke duidelijkheid geven. Juist de afspraken die een zelfstandig waarnemer onderscheidt van een werknemer worden nu vooraf al ingevuld.

In het IZA is namelijk afgesproken dat bij inhuur van zelfstandig waarnemers de waarnemer een evenredig deel van de verantwoordelijkheid voor de zorgketen op zich moet nemen. Op zichzelf wordt daarbij een mooi streven verwoord, dat een zzp’er tegen ‘reële tarieven’ moet werken en dat hij of zij medeverantwoordelijk is voor een evenredige verdeling van avond-, weekend- en nachtdiensten. Wat een reëel tarief is staat niet in het IZA maar waar het kan wordt een koppeling gelegd met cao’s die voor werknemers gelden. Het Ministerie van VWS gaat ook onderzoeken of deze afspraken verankerd kunnen worden in de Wtza of de kwaliteitsregisters voor verschillende beroepsgroepen.

Het zelf kunnen onderhandelen over tarieven en het bepalen van eigen werktijden is een essentieel onderdeel van ondernemerschap. Dit is juist het verschil tussen een werknemer en een ondernemer. De afspraken in het IZA zijn een nobel streven, maar dreigen de ondernemersvrijheid nu te gaan beperken. Als een waarnemer niet meer kan onderhandelen over tarieven of werktijden, wat wordt dan het verschil met loondienst?

Bijkomende complicatie is het mededingingsrecht. Het is nog de vraag of de bij de IZA betrokken partijen met deze afspraken een (strafbaar) inkoopkartel zijn aangegaan. De inkopende partijen gebruiken openlijk hun marktmacht om eenzijdig de tarieven en de manier van werken van zelfstandigen te verslechteren. Deze afspraken zijn verboden en dit was één van de redenen waarom het plan om minimumtarieven voor ZZP’ers in te voeren nooit doorgevoerd is.

Of de IZA in de toekomst in de praktijk de mogelijkheden om als zelfstandige in de zorg werken gaat beperken zal moeten blijken. Het Ministerie van Sociale Zaken wil in het najaar meer bekend maken over de nieuwe regels voor zelfstandigen. Op dit moment blijft het in veel gevallen nog onduidelijk of werken als zelfstandige mogelijk is. Eén of twee kenmerken van de arbeidsverhouding zijn zelden op zichzelf voldoende om met zekerheid vast te stellen dat iemand een arbeidsovereenkomst moet krijgen. Wel is duidelijk dat het IZA de ruimte om als zelfstandige te werken verder beperkt.

Doorgeven betalingen aan zelfstandigen

Vanaf 1 januari 2023 moeten betalingen aan zelfstandig praktijkwaarnemers en andere zelfstandigen in veel gevallen aan de Belastingdienst worden doorgegeven. Dat staat in een handleiding die de Belastingdienst op haar website heeft geplaatst.

Lees meer over het doorgeven betalingen aan zelfstandigen

In handleiding staat dat inhoudingsplichtigen ieder jaar de Belastingdienst moeten informeren over betalingen die zij gedaan hebben voor werkzaamheden en diensten die zij van natuurlijk personen afnemen als daarbij geen btw in rekening wordt gebracht. Uiterlijk op 31 januari van ieder jaar moeten inhoudingsplichtigen aan de Belastingdienst doorgeven:

1- de naam, het adres en de geboortedatum van de ontvanger van de betaling;
2- het BSN-nummer van de ontvanger; en
3- de in het kalenderjaar betaalde bedragen, daaronder begrepen kostenvergoedingen.

Deze verplichting was eerder al – op 7 juli 2021 – gepubliceerd in een besluit. Op dat moment was echter nog niet duidelijk of het besluit ook zou gelden voor ondernemers die vrijgestelde diensten verrichten.

Met de nieuwe handleiding is duidelijk dat deze zogenaamde ‘renseigneringsverplichting’ inderdaad van toepassing is als btw-vrijgestelde diensten worden afgenomen. Die situatie kan zich voordoen bij zelfstandig praktijkwaarnemers. Voor het verzorgen van gezondheidskundige diensten geldt een btw-vrijstelling. Waarnemers die medische diensten verrichten zullen hierdoor veelal geen btw in rekening brengen. De betaling voor deze diensten moet de opdrachtgever nu aan de Belastingdienst doorgeven. Voor bijvoorbeeld dierenartsen is deze regeling minder van belang. Diensten van dierenartsen zijn niet vrijgesteld van btw.

De aan te leveren informatie moet worden opgespaard en tussen 1 januari 2023 en 31 januari 2023 naar de Belastingdienst worden gestuurd. In 2023 en volgende jaren mag de opdrachtgever kiezen of deze gegevens tussentijds worden aangeleverd of aan het begin van het volgende jaar.

Bedragen voor onbelaste vergoedingen en waarderingsregels worden aangepast aan de inflatie

De maximale onbelaste vergoeding die een werkgever kan geven voor de kosten van zakelijke kilometers wordt verhoogd van € 0,19 per kilometer naar € 0,21 per kilometer in 2023. De onbelaste thuiswerkvergoeding wordt naar verwachting verhoogd van € 2 per dag naar € 2,13 per thuiswerkdag. Een maaltijd bij de werkgever wordt volgend jaar gewaardeerd € 3.55 in plaats van € 3,35 nu.

Deze bedragen worden vooral verhoogd in verband met inflatie. In 2024 wordt de maximale reiskostenvergoeding verder verhoogd naar € 0,22 per kilometer.

De vrije ruimte van de werkkostenregeling wordt verhoogd

Aangekondigd is dat het deel van de loonsom waarover een werkgever zonder voorwaarden onbelast vergoedingen kan geven wordt verhoogd. Dit wordt de ‘vrije ruimte’ genoemd.

Lees meer over de vrije ruimte wkr

Van de loonsom mogen volgend jaar onbelast vergoedingen en verstrekkingen worden gegeven ter grootte van 1,92% over maximaal € 400.000 en 1,18% over het meerdere. In een aangenomen motie is het kabinet echter opgeroepen om de werkkostenregeling eenmalig uit te breiden naar 3%.

Dit jaar is de vrije ruimte 1,7% over een loonsom van maximaal € 400.000. Eventueel vermeerderd met 1,18% over het meerdere.

Of en zo ja hoe de regering de aangenomen motie precies gaat uitvoeren is nog niet bekend. Een ruimhartige uitleg van de motie zou een vrije ruimte van 3% over de loonsom kunnen betekenen maar tussenvormen zijn ook denkbaar, bijvoorbeeld alleen 3% over de eerste € 400.000 of pas een verhoging van de vrije ruimte vanaf 2024. De motie is gericht op het tegemoetkomen van het midden- en kleinbedrijf.

Het tarief in box 1 omlaag en hogere arbeidskorting
  • Het tarief in de eerste twee schijven van box 1 wordt volgend jaar 36,93%. In de eerste schijf is dit het tarief inclusief de premie voor de volksverzekeringen. In 2022 was dit tarief 37,07%.
  • Bij een inkomen in box 1 van meer dan € 73.031 is het tarief volgend jaar 49,5%. Dit jaar is het hoogste tarief ook 49,5% maar dan vanaf een inkomen van € 69.398.
  • De arbeidskorting wordt verhoogd van maximaal € 4.260 naar maximaal € 5.052 in 2023.
Onbelaste vergoedingen aan werknemers uit het buitenland worden beperkt

Voor een uit het buitenland aangenomen werknemer kan een werkgever de Belastingdienst vragen of 30% van het loon onbelast mag worden vergoed. Dit wordt de 30%-regeling genoemd. De Belastingdienst geeft daarvoor op aanvraag een beschikking af.

Lees meer over de onbelaste vergoedingen

Voorgesteld is dat bij het vaststellen van de onbelaste vergoeding alleen nog rekening wordt gehouden met maximaal het loon dat dan in de Wet normering topinkomens (WNT) staat. Nu is dat € 216.000. Vanaf 1 januari 2024 leidt een hoger loon dan niet tot een hogere onbelaste vergoeding.

Een werkgever die een werknemer uit het buitenland aanneemt, kan deze werknemer een onbelaste vergoeding geven voor de werkelijke extra kosten van (tijdelijk) verblijf buiten het land van herkomst of er voor kiezen om vijf jaar een onbelaste vergoeding te geven van 30% van het loon.

Gebleken is dat de daadwerkelijke extra kosten van werknemers uit het buitenland vaak veel lager zijn dan 30% van het loon. Mede om die reden is besloten dat deze 30%-vergoeding alleen nog berekend kan worden over het loon tot maximaal een bedrag van ongeveer € 216.000. Voor werknemers waarvoor over het laatste tijdvak van 2022 al de 30%-regeling werd toegepast, geldt dit nieuwe maximumloon echter pas vanaf 1 januari 2026.

Werkgevers krijgen daarnaast ook de verplichting om steeds in het eerste loontijdvak van het jaar de keuze te maken of zij een onbelaste vergoeding op basis van de beschikking voor de 30%-vergoeding willen geven of een vergoeding voor de daadwerkelijke extra kosten.

Visie Lars van de Groep

Al jarenlang wachten werkgevers op nieuwe wetgeving voor ZZP’ers. Ook in het Integrale Zorg Akkoord wordt weer eens duidelijk waarom dit nodig is. In een poging de problemen met zelfstandigen in de zorg op te lossen hebben de onderhandelende partijen afspraken gemaakt. Maar deze afspraken schuren met de zelfstandigheid en het ondernemerschap van de ZZP’er. Ik vraag me af of het lukt om in de praktijk vast te blijven houden aan de gemaakte afspraken. Het maakt in elk geval weer duidelijk dat de langverwachte opvolger van de Wet DBA er nu eindelijk komt.

In het IZA is ook afgesproken om zorgverleners met zo min mogelijk administratie lastig te vallen. Tegelijkertijd komt er via de achterdeur weer meer bureaucratie binnen. Praktijkhouders moeten de Belastingdienst nu gaan informeren over betalingen aan ZZP’ers als er geen BTW in rekening gebracht wordt. Omdat de zorg vrijgesteld van BTW is betekent dit dus meer werk. Geen goede start voor de IZA, dus hopelijk komt er nog een vrijstelling voor de medische beroepen.

Robbie helpt je graag

Robbie volgt de ontwikkelingen en houdt je op de hoogte. Heb je vragen over de belastingplannen en wat ze voor jou kunnen betekenen? Neem contact op met je eigen adviseur of mail naar info@robbiekompleet.nl.

Jouw administratie goed geregeld?
Leuk dat je onze website bezoekt. Om de gebruiksvriendelijkheid van onze website te verbeteren, maken wij gebruik van functionele en analytische cookies. Wij gebruiken geen tracking cookies. Naast het accepteren van de cookies, kun je deze ook beheren via 'Cookie instellingen'.
Accepteer cookiesCookie instellingen